Belgische jongeren geïnteresseerd in bedrijfsopvolging

Het ondernemerschap is bij Belgische jongeren steeds meer in trek. Van alle jongeren afkomstig uit een familiebedrijf wil de helft een actieve rol gaan spelen binnen de onderneming.

Uit onderzoek in opdracht van het Belgische instituut voor het familiebedrijf (IFB) blijkt dat  de helft van de jongeren die afkomstig zijn uit een familiebedrijf, zichzelf op termijn aan het roer van de onderneming zien staan. Het onderzoek dat is uitgevoerd door Johan Lambrecht en Bart Henssen van het Studiecentrum voor Ondernemerschap aan de KU Leuven, is afgenomen onder 350 laatstejaarsstudenten en polste met name hoe de professionele droom van de studenten eruit ziet. Gevraagd werd in welke bedrijven ze zichzelf na hun studie zien werken en, voor wie afkomstig is uit een familiebedrijf, of ze zichzelf in de toekomst een rol zien spelen in de onderneming.

Het onderzoek
Het onderzoek vond plaats naar aanleiding van de Dag van het familiebedrijf: een jaarlijks congres dat dit jaar focuste op de vraag of er onder jongeren wel voldoende animo is voor de opvolging van familiebedrijven. Uit een eerder onderzoek van Ernst & Young bleek namelijk dat twee van de drie studenten liever aan de slag gaat als werknemer van een ander bedrijf.  “We weten dat de komende vijf tot tien jaar in tienduizenden familiebedrijven een opvolging of overdracht aan de orde is. Daarom vroegen we de onderzoekers het ondernemerschap bij jongeren en hun bereidheid om de leiding te nemen in een familiebedrijf te peilen”, aldus gedelegeerd bestuurder Jozef Lievens.

Opvolgingsinteresse
Eén op de drie van de ondervraagde jongeren is afkomstig uit een familiebedrijf. Bij een kwart van die bedrijven zal er binnen tien jaar een eigendomsoverdracht aan de orde zijn. Van deze jongeren ambieert inmiddels de helft een rol als eigenaar dan wel bestuurder van deze familiebedrijven. De belangrijkste motivatie hiervoor is dat jongeren een dergelijke overname zien als een manier om zichzelf uit te dagen. Daarnaast hebben veel jongeren positieve gevoelens of een emotionele band met het familiebedrijf en vinden ze het belangrijk om de familietraditie in tact te houden. De ondernemers in de dop voelen zich het minst goed voorbereid inzake technische kennis, strategie en leiding geven.

Overige ambities
De studenten die geen actieve rol ambiëren binnen het familiebedrijf, noemen hiervoor als voornaamste reden dat de activiteiten van het bedrijf niet lijnen met de eigen ambities. Ook de vereiste technische kennis en het financiële risico staan deze studenten in de weg. Van alle jongeren wil 43 procent na de studie een eigen onderneming starten. 31 procent ziet zichzelf als CEO van een grote onderneming. Van de minder ondernemende garde wenst 59 procent een job te beoefenen met veel afwisseling. 42 procent wil dat zijn toekomstige baan goed aansluit bij de vrijetijdsbestedingen.

Familiebedrijf of niet-familiebedrijf
Uiteindelijk ziet één op de twee jongeren zichzelf het liefst werken in een groot niet-familiebedrijf. Een functie binnen een groot familiebedrijf staat op de tweede plaats. Deze verschillende interesses zijn het gevolg van een duidelijk perceptieverschil tussen de verschillende ondernemingen. Zo worden familiebedrijven beschouwd als ondernemingen die zorgen voor een hogere waardecreatie, meer aandacht besteden aan werksfeer en deugdelijk bestuur, en die een hogere kwaliteit van producten en diensten afleveren. De niet-familiebedrijven worden vooral bestempeld als innovatieve, strategische ondernemingen met een hoog groeipotentieel en een sterke internationalisering.

Blijf op de hoogte met onze maandelijkse nieuwsbrief