Otolift Trapliften ontvangt predicaat Koninklijk

De huidige directeuren, de drie broers Jan Otto, André en Alex Ooms, namen het predicaat Koninklijk in ontvangst. Samen vormen zij de vierde generatie van het familiebedrijf uit Zuid-Holland. In 1891 begon Otto Ooms in Bergambacht een smederij. Nadat het bedrijf zich decennialang op diverse soorten smeedwerk richtte, produceerde het in 1968 de eerste traplift. De derde generatie, de broers Otto en Alex, bouwden de firma verder uit en gingen de merknaam Otolift gebruiken.

Marktleider
Inmiddels liegen de cijfers er niet om. In Nederland verkocht Otolift al meer dan 120.000 trapliften. Iedere negentien minuten wordt er een traplift van Otolift gemonteerd. De firma biedt werk aan zo’n vijfhonderd medewerkers en werkt samen met 250 gemeenten. Otolift is overtuigend marktleider in Nederland en groeiend leider in de internationale markt voor trapliften. Het bedrijf is de enige overgebleven Nederlandse fabrikant van trapliften. Tevens is het een echt familiebedrijf; na meer dan veertig jaar droegen Otto en Alex het stokje in 2013 over aan de volgende (vierde) generatie: Jan Otto, André en Alex Ooms. Otolift Trapliften is in 26 landen actief en heeft vestigingen in Nederland, België, Italië, Frankrijk, Spanje, Engeland en Slowakije.

Blijk van vertrouwen
Waarom was het predicaat Koninklijk zo belangrijk voor de firma? André Ooms ziet het vooral als eerbetoon aan de voorgangers en medewerkers die het bedrijf groot maakten. “Wat ook telt is dat we in een vrij onbekende markt zitten. Als je een auto koopt, weet je welk merk je wilt. Maar bij een traplift zijn mensen zoekende: welk bedrijf kan ik vertrouwen? Het is een eenmalige aanschaf. Er komen ook steeds meer aanbieders, waaronder helaas ook veel cowboys die met blazing guns de markt op komen, maar een slechte service bieden voor een hoge prijs. Met het predicaat hopen we de klant erop te kunnen wijzen dat we een gerenommeerd bedrijf zijn dat zorgvuldig omgaat met de klant.”

Trotse medewerkers
Otolift diende de aanvraag in bij de gemeente Krimpenerwaard. In de tien maanden erna werd er op de achtergrond veel gecheckt. Uiteraard de financiële situatie. Maar ook ging de arbeidsinspectie de hele fabriek door, sprak met medewerkers en interviewde de directie. Ooms: “Ons doopceel is gelicht; je mag geen strafblad hebben. We kwamen er ongeschonden doorheen. We vierden de uitreiking met de commissaris van de koning en al onze medewerkers, die een jubileumboek ontvingen. We merken dat ze er erg trots op zijn. Als het logo is goedgekeurd door het Koninklijk Huis, kunnen we ermee naar buiten in onze communicatie. Dan kunnen we zien wat het effect is!”

Een predicaat Koninklijk aanvragen, hoe doe je dat?
Viert uw bedrijf binnenkort een 100-, 125- of 150-jarig jubileum? Dan kunt u een aanvraag indienen voor het predicaat Koninklijk. Het predicaat krijg je als enige in de branche.

Hoe verloopt de procedure?
Een aanvraag voor het predicaat Koninklijk dient u in via de gemeente waarin u gevestigd bent. Een goede onderbouwing is cruciaal, evenals bewijs van de oprichtingsdatum, geschiedenis van de onderneming, een financieel overzicht tot vijf jaar geleden en het verwachte toekomstperspectief. De burgemeester verifieert of uw gegevens volstaan en stuurt uw aanvraag, voorzien van zijn advies, naar de commissaris van de koning. Die brengt op zijn beurt advies uit nadat hij informatie heeft ingewonnen bij verschillende instellingen. Hij bericht de aanvrager vervolgens over de beslissing van de koning. De hele procedure duurt ongeveer een jaar.

Hoe komt u in aanmerking?
Uw onderneming moet wat betreft aard, omvang en betrouwbaarheid aanzien hebben en op zijn gebied in Nederland een prominente plaats innemen, bij voorkeur met een internationale uitstraling. Hierbij tellen de grootte van het bedrijf, het aantal werknemers en de omzet. Als richtlijn geldt dat het bedrijf minstens honderd werknemers heeft. De onderneming, en ook de bestuursleden en commissarissen, moeten te goeder naam en faam bekend staan en van onbesproken gedrag zijn.

Vijf belangrijke tips

1. Begin op tijd met uw aanvraag, zeker zo’n 1,5 jaar voordat u het jubileum wilt vieren. Immers, de provincie kan een jaar de tijd nemen om uw aanvraag te beoordelen.
2. Zorg dat u binnen de gemeente één contactpersoon hebt, bij wie u terecht kunt met vragen.
3. Vraag exact na wat u moet aanleveren. Iedere gemeente kan hiervoor andere richtlijnen hebben.
4. Zorg dat u uw aanvraag compleet aanlevert; als de provincie u opnieuw moet benaderen voor extra informatie, dan is dat vervelend.
5. Na het indienen van uw aanvraag kunt u rekenen op een onverwacht bezoek van de arbeidsinspectie. Het is dus zaak uw bedrijf altijd op orde te hebben.

Kijk voor meer informatie op de site van het Koninklijk Huis: http://bit.ly/predicaatkoninklijk.